Koen de Vries
Gevonden gezichten

Al mensend gaan we door het leven. Op de tast, doende lerend. Oops…. en weer opnieuw. Dit beeld is voor mij onheroïsch alledaags en herkenbaar. ‘Mensen’ als werkwoord. We mensen ons door de befaamde zeven sloten.

 

Lacherig wordt de eerste leesbril in gebruik genomen. Tevens een eerste teken van lichamelijk verval. Al voordat ik zelf voor de bijl ging had ik dit beeld gemaakt. Mijn model, een collega, stelde met zijn gehele gelaat zijn bril met varifocus glazen scherp. Bij het maken trof me dit maar ook de overeenkomst met de vrouw uit de trappenscène van filmklassieker Pantserkruiser Potemkin, een verontwaardiging over het verderf wat gezaaid wordt door militairen tegen burgers, en waar ze zelf ook niet aan ontkomt. Telkens als ik dit beeld tegenkom grimlach ik en pluk ik de dag.

Het was heerlijk om los te gaan op de hoofden van demonstranten en deze vorm te geven. Verontwaardigd en boos worden de gezichten gedragen. Ze juinen elkaar op en per ongeluk vliegen delen persoonlijk leed door het protest heen. Vaak is het resultaat eerder afscheiding, dan het meekrijgen van de omstanders.

Eén van de koppen dreigt van boosheid zijn tanden uit te spugen. Dat is voor mij een hoogtepunt van portretkunst. Een genot om te bekijken naast alle heftigheid.